Kenniscentrum

Waar voldoet een goede revalidatieplanning aan?

Plannen in de revalidatiezorg is een vak apart. Niet alleen omdat de revalidatie een proces is en het dus continu verandert, maar ook omdat je met zoveel behandelaren rekening moet houden. Wat maakt een rooster in de revalidatiezorg een écht goed rooster?

Wij spraken onze revalidatieplanner Wannes van Lonkhuyzen over zijn visie.

Verschillen kleine en grote organisaties

Op het moment dat we Wannes spreken, is hij werkzaam bij twee verschillende organisaties. De verschillen zijn duidelijk aanwezig. “Bij de ene organisatie ben ik verantwoordelijk voor een klein team. Therapeuten zijn daar gewend dat er goed naar hen geluisterd wordt. De andere organisatie is een stuk groter en biedt ook meer revalidatiefaciliteiten aan. Hier gaan de behandelingen veel meer via de artsen en heb je als planner minder contact met de therapeuten.

Revalidatie focus

De focus

In de revalidatiezorgplanning kan je werken vanuit twee uitgangspunten. De eerste is het centraal stellen van de patiënt in de planning. Dat heeft als gevolg dat de planning voor de therapeuten af en toe minder ideaal is. De tweede mogelijkheid is dat je de therapeut centraal stelt. In dit geval pak je de beschikbare uren van de therapeut er als eerste bij, om vervolgens de behandelingen van de patiënt hierop in te plannen.

Hoewel iedere organisatie zo zijn eigen kenmerken heeft, is de focus van Wannes bij beide organisaties zo goed als identiek. “Bij mij draait het echt om de patiënt. Je werkt tenslotte in de zorg!”

De opties

Als recent voorbeeld noemt Wannes de planning van twee behandelingen van een patiënt. “Ik had twee opties. Of ik zou de behandelingen inplannen bij een therapeut met een redelijk leeg rooster, óf ik zou de behandelingen inplannen bij een therapeut die nog maar twee plekjes vrij had. Rooster-technisch kwam het voor de patiënt een stuk beter uit om de behandelingen van die tweede, drukke, therapeut te krijgen. Hier koos ik dus ook voor”, vertelt Wannes.

De perfecte balans

Deze patiëntgerichte keuzes kunnen soms wat weerstand opleveren bij de therapeuten. Door als planner goed je keuzes toe te lichten wordt het duidelijk waarom je hiervoor hebt gekozen. Uiteindelijk willen de therapeuten ook dat de patiënt een zo goed en gemakkelijk mogelijk traject doormaken!

De perfecte balans is moeilijk te vinden in de zorgplanning. Je kan nooit iedereen tevredenstellen. “Gelukkig weet iedereen waar ze het uiteindelijk voor doen, zo goed en zo snel mogelijk een patiënt terug laten keren in de maatschappij.”

Artikel geschreven door
Gerelateerd
Kenniscentrum